Augustus waas een echte vakantiemaand met K en C nummer 2 en de 5 bridges marathon.
Onder een hobby wordt in het algemeen een ontspannende activiteit verstaan die men in zijn vrije tijd uitoefent. De activiteit wordt pas een hobby, als de persoon plezier heeft in zijn bezigheden en het leuk vindt om ze regelmatig te doen. Bovendien wordt bij een hobby vaak gedacht aan een zekere bekwaamheid: die ontwikkel je door regelmaat. Het beoefenen van een hobby heeft vaak een belangrijk kalmerend en therapeutisch effect. Een hobby kan ook uit de hand lopen en een obsessie vormen…..
Als ik dit zo lees denk ik dat ik inderdaad een hobby heb, maar omdat dit zo gewoontjes is zou ik eigenlijk wel een obsessie willen hebben. Wil ik dit voor elkaar krijgen dan zal er een beetje meer gelopen moeten worden. Nu is het fijn dat de wil om te lopen er is, maar er moet wel iets te lopen zijn. En als er geen loopje is dan organiseer je dat toch zelf. En omdat ik soms even de neus vol heb van het reizen organiseer ik dan maar een loopje in de buurt van mijn huis.
Gelukkig ben ik niet de enige met dit soort hogere doelen in zijn leven en dus stonden we met zeven enthousiastelingen (Manon Wenmekers, Bram van der Bijl, Erwin Borrias, Jean Houben, Jo Lukasik, Jean-Antoin van de Rijzen en ondergetekende) zaterdagmorgen om 10:00 uur voor het NS-station van Sittard te popelen. Gezien de vakantieperiode was dit een opkomst die ik zeer aanzienlijk vond.
Voor ik in alle bescheidenheid beschrijf hoe geweldig dit loopje was moet ik toch nog even terugkomen op het woord organiseren. Ik schrijf wel heel gemakkelijk `ik organiseer ` maar dit heeft natuurlijk niets te maken met het echt organiseren van een loop. Wat ik doe is niet meer dan een (mooie) route bedenken en een paar mailtjes sturen. Omdat ik toch een klein beetje wilde proeven aan het echte organiseren was ik op het idee gekomen om ook een paar verzorgingsposten in te richten. En daar begint het al een beetje op organiseren (lees: werken) te lijken. Opeens moest ik boodschappen gaan doen en mensen ronselen die posten bemensen. Gelukkig heb ik een liefhebbende echtgenote die graag met mij boodschappen gaat doen (of was het andersom?) En dan zie je toch dat zij de lopers een warm hart toedraagt. Ik had gedacht alleen even een paar flesjes Cola te halen. Maar daar kon ik die arme lopers toch niet mee afschepen. Ik denk dat dit weer een klassiek koekje van eigen deeg was; ik vertel immers steeds dat wij lopers veel en lekker eten nodig hebben. Positief als ik ben zag ik hier ook weer een mooie kans. Want ik wilde haar niet het genoegen ontnemen om de lopers te vertroetelen en had zo tevens mijn posten bemenst.
Ik moet toegeven dat het uitzetten van een route toch wel erg leuk is. Ik heb de laatste jaren redelijk veel in dat stukje van Limburg rond gehobbeld en ken dus ook heel wat paadjes etc. Mijn grootste probleem was om te proberen mij een beetje te beperken. Een kilometer of 50 was genoeg. Het bedenken van de route heb ik netjes “op papier” gedaan. Hierdoor werd ik gedwongen tot wat meer discipline. Normaal begin ik te lopen en dan zie ik wel waar ik uitkom. Dat is wel hartstikke leuk en resulteert in weer hele nieuwe paadjes maar soms kom je ook op plaatsten waarvan je je op dat moment realiseert waarom je er nog nooit geweest bent. Het uitzetten “op papier” heeft ook als voordeel dat je vrij aardig in de buurt kunt komen van de gewenste afstand. Het nadeel is dat je dan ook die route moet gaan lopen. Hiervoor moet je ze dan wel nog weten c.q. weten te vinden. Hiervoor is de Garmin Forerunner een heel mooi hulpmiddel. De mijne had helaas in Tsjechië de geest gegeven. Door een heel snelle actie van Garmin UK had ik echter een dag voor dit loopje weer een nieuwe in huis. Als ik nu niet vergeten was om de route hierop te zetten dan was dit probleem dus opgelost. Van de andere kant: als jij degene bent die de route uitgezet heeft komt er toch niemand achter dat je je verlopen hebt. Tenminste als je maar op het geplande eindpunt uitkomt en de afstand ook ongeveer klopt. WeI had ik een kleine extra hindernis opgeworpen: ik moest ook nog zorgen om bij de verzorgingsposten te komen.
Mijn doelstelling was wat verassende stukjes laten zien en tevens ook te zorgen dat de spieren even stevig belast werden. Uiteindelijk denk ik dat ik in mijn opzet prima geslaagd ben. Ik heb een - in mijn ogen - heel mooi stukje Limburg mogen laten zien. Uiteraard is dit mijn zeer gekleurde mening. En het staat gelukkig iedereen vrij om zijn eigen mening te vormen. Dit zou bijvoorbeeld kunnen met behulp van de foto’s van Erwin, Jo of ondergetekende. We hebben 50 kilometer gelopen en zijn hierbij 1.450 meter geklommen en zijn die ook weer gedaald. We zijn zelfs bij de heilige pater Karel op bezoek geweest en hebben gedronken van een geneeskrachtige bron die onder meer helpt tegen platvoeten, zadelpijn en bedplassen. Helaas was een van de mooiste verkeersborden (een waarschuwing voor vliegende herten) net weer eens gestolen.
Maar het allermooiste vond ik toch dat mijn gezin hun zaterdag opgeofferd heeft om ons van een natje en droog te voorzien. Ik had zelfs de indruk dat zij hier veel plezier aan beleefden. Of zou dit zijn geweest omdat ze mij eindelijk weer eens op een zaterdag te zien kregen?
Toen ik thuis kwam was ik even bang dat ik de komende weken bezig zou zijn met het opeten van alles wat er van de verzorgingsposten over was. Gelukkig lijkt mijn zoon toch wel heel veel op mij en was die zorg dus volledig ongegrond.
Voorlopig ga ik even een flink poosje met mijn gezin op vakantie en laat de schoenen een aantal weken tot rust komen. Stiekem kijk ik wel een beetje uit naar de volgende K en C loopjes.
Voor ik het vergeet: hier de route.
Map created by EveryTrail: GPS Trip Sharing with Google Maps
http://capitalmultisportsrunwalks.co.nz/default.asp?PageID=14428
Met schaamrood op de kaken moet ik bekennen dat ik sinds mijn optreden bij de MUM in de ban geraakt ben van een mooie plaats in de uitslagen. Met andere woorden ik heb weer een doel in mijn leven. Nu kan ik wel een mooie plaats op de uitslagenlijst willen, mijn benen moet het wel nog even waarmaken. Immers als je je hele leven een doel nastreeft en je komt er niet eens in de buurt krijg je alleen maar een grote brok frustratie. Ik kan natuurlijk een geweldig verhaal ophangen dat de eigenlijke uitdaging de weg naar het doel is. Hier hoort dan ook iets bij in de trant van `want als je het doel bereikt hebt dan heb je geen doel meer en dan val je weer in een diep gat`. Uiteindelijk kom ik daar geen stap verder mee. Gelukkig heb ik inmiddels ontdekt dat daar waar ik op een bepaald gebied iets te kort kom ik dit met een stuk creativiteit weer kan compenseren.
Als je in het totaal klassement niet boven aankomt heb je altijd nog je leeftijdsklasse. Lukt dat niet meer kun je nog een alternatief verzinnen. Bijvoorbeeld het land waar je woont. Uiteraard is ook je provincie bespreekbaar. Haal je het hier niet mee dan is je stad een mooi alternatief. Vervolgens hebben we nog wijken en straten. Uiteindelijk is het risico dat je verslagen wordt door je huisgenoten, maar dit lijkt mij door goede afspraken te maken of het combineren met leeftijdsklassen oplosbaar. Toch kun je je afvragen op het op deze manier nog echt een uitdaging is om de felbegeerde plaatsering te bereiken.
Dus ook al zou ik met mijn creativiteit heel ver kunnen komen, toch begon ik mij te realiseren dat ik er toch iets meer voor zou moeten doen. In principe kwam het er op neer om nog meer tijd in mijn verslaving te investeren. En toen kreeg ik een idee: als ik die tijd eens niet in trainingstijd maar in reistijd ging investeren, dan zou ik een heel stuk in de goede richting moeten kunnen komen. Mijn geografische kennis is niet echt geweldig toch weet ik heel zeker dat New Zealand erg ver weg is. En dus kwam ik op de idee om de marathon van Lower Hutt ( een voorstad van Wellington) op het zuidelijkste puntje van het Noorder eiland van New Zealand te gaan lopen. De kans om hier de snelste Nederlander te worden schatte ik heel erg hoog in.
En dus stond ik Zondags s’ morgens rond 7 uur in Lower Hutt om een startnummer op te halen. Toen ik mijn naam noemde hoorde ik iemand zeggen “Henk, dat klinkt wel erg naar een Nederlandse naam!” Over het algemeen vind ik het leuk om je moerstaal in den vreemde te horen maar nu had ik zo iets “het zal toch niet waar zijn”. Je vliegt naar de andere kant van de wereld om als enige Nederlander een marathon te bedwingen en de eerste mens die je tegen komt is een Nederlander. Gelukkig bleek deze paniek niet nodig. Ik stond naast een New Zealander die 19 jaar geleden uit Nederland geëmigreerd was. Bovendien liep hij niet de marathon omdat die afstand veel te lang was. Gelukkig zou niets mijn vermetele plannen en dus een leuk loopje in de weg kunnen staan.
Een paar uur eerde zag dit er echter heel anders uit. Ik ben er inmiddels van overtuigd geraakt dat het aller belangrijkste voor een loper zijn gezin is. Dat had ik ook bij mij. Maar dat was dan ook alles. De rest van wat ik meegebracht had uit Nederland was zoek. Ergens tussen Hong Kong en Sydney was onze complete bagage zoek geraakt. Tot een paar uur voor de start hadden we niets anders dan de kleren waarmee we in Hong Kong in het vliegtuig gestapt waren. Aangezien het daar een temperatuur van ruim boven de 30 graden was, was dat niet echt veel. In New Zealand was het echter hartje winter. De enige warmte was afkomstig van de wrijving die tussen mij en de vliegmaatschappij ontstaan was. Met name een paar loopschoenen zouden wel erg van pas komen. Ik was best wel graag gegaan voor snelste finisher op slippers of op blote voeten. Toch denk ik niet dat ik zo de finish gehaald zou hebben. Mijn schaarse kleding bleek bij nadere beschouwing misschien niet zo´n probleem. Ik zag namelijk aan de start een lokale loper die alleen gekleed was in zijn onderbroek. Zo te zien was dit trouwens niet de eerste keer dat hij die aanhad. Tevens zag ik dat hij waarschijnlijk van plan was om zich ruim de tijd te nemen voor dit loopje. Hij had naast zijn onderbroek een grote rugzak aangetrokken en deze was geheel bekleed met schapenvacht. Ik had nu ook een antwoord op mijn vraag waaraan hij zijn startnummer ging bevestigen.
Er waren rond de 600 deelnemers. Deze waren onder te verdelen in hardlopers en snel(wandelaars) en kwamen uit op de 5 of 10 kilometer, de halve of de hele marathon. Het parkoers bestond in principe uit het volgen van de Hutt river trail. De organisatie had het heel handig gedaan door op 2,5 op 5 op 10,5 en 21,1 kilometer een verzorgingspost te zetten. Deze waren tevens de keerpunten voor de diverse afstanden. Voor de marathon stond er nog een post rond km 16. Ook de starttijden waren zodanig gekozen dat de categorieën lopers elkaar niet tegen kwamen.
Een minuut of 10 voor de start kregen we een briefing door de organisatie. We moesten eerst een grote straat volgen en dan links en dan rechts en dan…Kortom ik stond erbij luisterde erna en wist het niet meer. Uiteindelijk moesten we een stuk over het golfterrein lopen, dan de rivier over steken en dan zouden we op de trail komen en deze volgen. En vanaf dat punt zou het heel gemakkelijk worden. Op de heen weg moeten we de rivier steeds aan de linker kant hebben, op de terugweg aan de rechterkant. En als we de rivier aan twee kanten zagen zouden we waarschijnlijk ook erg nat worden en gewoon in de rivier zitten. Eigenlijk heel simpel dus. Bij de moeilijkere punten zouden er road marshalls zijn die ons de goede kant op zouden sturen. Nu waren een groot aantal van deze road marshalls ook bij de briefing. Tot mijn verbazing overtroffen zij in aantal de aanwezige marathonlopers (ruim 60) ruimschoots. Dit moest dus wel een erg simpel parkoers zijn. Het parkoers was niet verkeersvrij; dat gold ook voor het golfterrein. Wel stonden er op de grote straat bij de start twee rijen met pylonen. Het was niet geheel duidelijk of het de bedoeling was dat de lopers of de automobilisten tussen deze pylonen moesten. Deze onduidelijkheid bestond zowel bij de lopers als ook bij de automobilisten. Gelukkig wisten de road marshalls het ook niet. Toen ik dit door kreeg besloot ik spontaan dat ik geen zin had om de geschiedenis in te gaan als de eerste Nederlander die zich bij deze marathon verlopen had. Mijn planning was om hier als eerste Nederlander binnen te komen. Hiervoor hoefde ik alleen maar te finishen en mij dus niet het licht uit de ogen te lopen. Mijn planning was om deze loop een tempo aan te houden van 12 km/h. Dan zou ik na 3:30 uur binnen zijn. Uitgaande van de start om 8:00 uur zou ik dan even voor 12:00 gedoucht en wel weer terug bij mijn gezin zijn. Toch besloot ik om mij niet te verlopen de eerste 3 kilometer (tot dat ik op de echte trail was) bij de kopgroep te blijven. Omdat zij ruim 13 km/h liepen was dit heel goed te doen. Zelfs voor het stukje dat hierdoor op mijn schema voor zou lopen had ik een oplossing. Ik zou bij iedere verzorgingspost stoppen en mijn lege bekertje netjes aan de verzorgers terug geven. New Zealand is immers een land dat gezegend is met magnifieke natuur en hier terecht heel zuinig op is. Dan kan het niet zo zijn dat ik, om een paar minuutjes sneller te zijn, mijn afval zomaar op de grond gooi.
Zo gezegd, zo gedaan. Dus heb ik tot aan de eerste verzorgingspost in het gezelschap van de snelle dames en heren door gebracht. Zo ben ik dus zonder problemen door de stad gekomen en ook zonder kleerscheuren langs de golfers. Zelfs de rivier ben ik met droge voeten overgestoken. Daarnaast heb ik zelfs gesprekjes kunnen voeren met een aantal lopers, tot mijn grote verbazing had ik hierbij meer lucht dan zij. Waarschijnlijk kwam dat doordat ik wist dat ik het rustiger aan zou gaan doen.
We volgde de Hutt trail dit was inderdaad een pad dat de rivier volgde. Het was grotendeels onverhard en met een mooi uitzicht op de heuvels die zich aan de ochtendmist aan het ontworstelen waren. Het was echter wel geen trail zoals die normaal in New Zealand voorkomen. Dus waar je een dag of 3 mag uittrekken voor een kilometertje of 40. Het ging wel een beetje omhoog en omlaag maar was zonder meer geschikt om mijn schoonouders op een zondagmorgen uit te laten. Kortom het was dus echt een ontspannen loopje om tijdens de vakantie te doen.
Ik vond het idee om een loop uit te zetten langs een trail en dan op 21,1 te keren organisatorisch een heel slimme zet. Ook het combineren van de verzorgingsposten met de keerpunten van de andere afstanden vond ik heel erg slim. De eerste verzorgingspost stond een paar honderd meter na 2,5 kilometer. Dit was logistiek een beter punt en tevens werden de korte afstandlopers zo een beetje meer tot hun geluk gedwongen. Ook de wisselpunten voor de 10 k en de halve marathon stonden niet goed. Ergens tussen kilometer 16 en 17 kwam ik de organisator tegen. “Well done , Henk. Less then 2,5 kilometer and you are at the turning point !”. Dat alle eerder punten verder stonden dan de bedoeling vond ik geen probleem. Maar dat ze dit zouden corrigeren door het halve marathon punt een stuk naar voren te halen was iets wat mij niet kon bevallen. Dus begon ik mij al af te vragen wat ik moest doen; bij het keerpunt iets langer doorgaan of na de finish er nog een stukje aanplakken. Gelukkig lossen sommige problemen zich van zelf op. Toen ik er een halve marathon op had zitten kon ik het keerpunt nog steeds niet zien. Vrees dat ik mij verlopen had had ik niet. Ik was meer dan genoeg road marshalls gezien. Ik had pijlen gevolgd en was vijf bruggen gepasseerd. Bovendien had ik de koplopers gezien die mij tegen moet kwamen. Eigenlijk was dat best leuk want ik wist nu precies op welke positie ik lag en hoe iedereen die voor mij liep er aan toe was. Ik kon dus nu al de conclusie trekken dat ik nog een paar posities in het klassement naar voren zou schuiven.
Na 22 kilometer kreeg ik de kans om de dames die de verst gelegen verzorgingspost bemensten zowel mijn voor als mijn achterkant te tonen. Dit moet ze wel erg goed bevallen zijn want ze hebben mij verzocht om dit twee keer te doen. Ik draaide om de post heen. Dat was niet de bedoeling. Ik moest na de post nog een tiental meter doorlopen en dan om een vlaggetje heen draaien. Prachtig toch. Afstanden kloppen voor geen meter maar toch netjes het voorgeschreven parkoers volgen. Omdat ik wist dat het de bedoeling was om precies hetzelfde stuk terug te lopen begreep ik nu opeens waarom de New Zealander een marathon te lang vond.
Op de weg terug kon ik nog even kijken naar mijn achtervolgers. Dat zag er allemaal nog prima uit maar mijn conclusie dat ik nog een aantal plaatsen in het klassement zou opschuiven veranderde hierdoor niet. Ik was heel trots dat ik mij op de heenweg niet verlopen had. Maar ook al liepen we dezelfde weg terug, het parkoers zag er heel anders uit. Hier kwam bij dat de pijlen niet aangepast waren. Dus soms heb ik stevig getwijfeld. Op een geven moment zag ik de trail omlaag gaan en een fietspad rechtdoor. Een lokale loopster waarvan ik door een gesprekje bij de start begrepen had dat zij het parkoers van haver tot gort kende liep een stukje achter mij. Middels gebarentaal vroeg ik haar of ik rechtdoor of omlaag moest. Ik ben niet echt vloeiend in gebaren taal, maar het was volstrekt duidelijk dat zij aangaf dat ik omlaag moest. Toen ik beneden was en mij omdraaide om haar te bedanken zag ik dat zij rechtdoor gegaan was. Ik heb haar toen maar bedankt omdat zij voor mij een extra klimmetje geregeld had. Ik hoop maar dat ik daar het juiste handgebaar voor gebruikt heb. Voor de zekerheid heb ik haar later ook maar even ingehaald zodat ze ook zeker wist dat ik blij was met dit stukje parkoers voor mij helemaal alleen.
Uiteindelijk bleek deze marathon inderdaad bijna 44 kilometer lang te zijn en had ik netjes volgens planning gelopen met een tempo van 4:59. Dat zorgde ervoor dat ik na 3:36 de medaille omgehangen kreeg. En inderdaad ben ik de snelste Nederlander. Tevens de eerste Nederlander die de 5 bridges marathon volbracht heeft. Daarnaast werd ik nummer 10 in het algemeen klassement en eerste in mijn leeftijdsklasse. Dit is natuurlijk allemaal gezwam. Waar het echt om gaat is dat het toch wel heel erg leuk is om tijdens je vakantie gewoon op zondagochtend een beetje eerder op te staan dan je familie en dan even een marathon te kunnen lopen. En als je dan ook nog redelijk mee kunt geeft dat wel een heel lekker gevoel.
Het ging echt lekker en ik voelde mij echt helemaal fit ook al had ik al twee weken geen meter gelopen. Als ik het echter de revue laat passeren: na afloop weet ik niet meer zo zeker of ik echt zo fit was als ik mij voelde. Ik ging namelijk na afloop even douchen. De marathon startte en finishte in te Petone Working Man club. Een van alle gemakken voorziene gelegenheid waar het de werkende mens aan niets ontbrak met uitzondering van douches. Hiervoor mochten de lopers echter gebruik maken van de faciliteiten van de er naast gelegen rugby club. In de doucheruimte binnengekomen heb ik mij uitgekleed. En ben vervolgens beginnen te kletsen met een andere loper die daar ook stond te douchen. Eigenlijk vond ik dat die een beetje vreemd reageerde tegen een collega marathonloper. Toen ik deze loper eens diep in de ogen week wist ik opeens dat ik in de dames douche zat. In ieder geval heeft dit er voor gezorgd dat ik mooi op tijd weer bij mijn gezin was.
Ondanks dat ik het best moeilijk vond heb ik de twee en een halve week hierna ook niet gelopen maar echt vakantie genomen. Gelukkige heb ik de komende maanden genoeg gepland om deze achterstaand weer ruimschoots in te halen.
Helaas is internet niet groot genoeg voor al de foto's die ik gemaakt heb dus hier aalleen nog maar de gelopen route.