In november heb ik mogen meedoen aan de Krimpenerwaard Natuurmarathon , Zuiderzee Marathon en Olne-Spa-Olne.

9 november Krimpenerwaard Natuurmarathon: nog 51 weken stress…..

www.avstart.nl

 

Zondagochtend 5:15 uur; de storm en regen maken zoveel lawaai dat ik mijn wekker niet hoor maar toch wakker wordt. Dit weer zorgt er meteen voor dat mijn hersenen door elkaar geschud en schoon geblazen worden. Wat heb ik ineens veel en steengoede argumenten om vandaag geen loopje te gaan doen: je hebt al zoveel gelopen, rust is belangrijk, je gezin verdient aandacht, dit weer is slecht voor je spieren, ik ben een beetje verkouden, het is maar een marathonnetje …etc.. Toch is er ook dat stemmetje dat zegt: “maar je hebt gezegd dat je meeloopt….” Dus dan “spring” je toch met heel veel frisse tegenzin uit bed en zit genietend van de wind die op de ramen beukt en de regen die prachtige imitaties van de Ierse zee produceert je botterhammetjes naar binnen te schuiven.

 

Vervolgens zit je ruim 8 kwartier in de auto met de ruitenwissers en de verwarming op volle kracht je te realiseren wat het toch mooi is om principieel te zijn. Maar dan stopt het met regenen en uiteraard is mijn grote klep meteen terug, en is mijn eerste gedachte: goed dat ik toch gegaan ben en wat jammer dat het niet regent en stormt.

 

En dan sta je onder de rook van Rotterdam op een mooie herfst zondag in het loetbos in de Krimpenerwaard en wordt je dolenthousiast welkom geheten door (en nu ga ik even geen namen noemen omdat ik dan weer iemand vergeet) de organisatoren van de Krimpenerwaard Natuurmarthon. Na een sterke kop koffie is mijn dag dan ook weer meer dan oké. Wat is namelijk het geval; volgend jaar op 1 november wordt de Krimpenerwaard Natuurmarathon georganiseerd en het enthousiasme en de grondigheid van de organisatie zijn zo groot dat zij een jaar van te voren al de gelegenheid bieden om deze marathon te lopen. Sterker nog, voor de mensen die nu nog niet helemaal klaar zijn bestaat ook de mogelijkheid om de laatste 33,5 kilometer te lopen. Hier moest ik dus persé bij zijn en niets kon mij hier dus van weerhouden (ahum…). 

 

 

Er staan vier enthousiastelingen in de startblokken voor de hele marathon. Daarnaast zijn er nog 3 fietsbegeleiders, 2 begeleiders met een auto en een fotograaf. Heerlijk om weer eens aan een loopje, waar je met alle deelnemers en alle begeleiders persoonlijk kunt kennismaken en alle ruimte krijgt om te lopen, deel te nemen.

 

Mooi op tijd wordt er vertrokken voor de eerste ronde van een kleine 9 kilometer. Eerst een stukje fietsenpad langs een watertje waarbij je pad gekruist wordt door een mooie pauw en je tevens een aantal keer de zeldzame witte reiger te zien krijgt. Niet dat ik het verschil tussen een reiger en een duif weet, maar Wim Nobel, die de route bedacht heeft, kan prachtig vertellen wat er allemaal onderweg te zien is. Dan gaat het over schelpenpaden en stukken gras de echte polder in. Voor mij als Nederlandse bergbewoner een verrassend en schitterend weids stukje Nederland. Puur genieten dus. Bij het bereiken van het startpunt de Hooiberg wordt de groep uitgebreid met de groep van 33 kilometerlopers. En dus met een 25 procent grotere lopers groep gaat het de tweede ronde in. Ik geniet nog meer van het weidse landschap en leer weer heel wat bij over de topografie van Nederland. Tevens heb ik mij beziggehouden met het tellen van het aantal muskusratvallen. Wellicht is het een idee dat de organisatie volgend jaar na afloop aan iedere loper vraagt hoeveel muskusratvallen er langs het parkoers waren en dan de winnaar van deze prijsvraag trakteert op een op ambachtelijke wijze bereid waterkonijn.

 

 

Regelmatig moet ik even stoppen en mijn camera uitpakken, een foto schieten en mijn camera weer inpakken. De resultaten hiervan zijn hier te  te bewonderen. Vervolgens mag ik weer op jacht gaan naar de groep dus heb ik voorlopig weer genoeg intervaltraining gedaan. Op een gegeven moment gaan de geasfalteerde paden over in zand/graspaden. Dan komt er een stukje waarbij de zandpaden vrij recent verbeterd zijn door het opvullen met lavastenen. Weer een bewijs dat niet iedere verandering altijd een verbetering is. Na het halve marathonpunt is voor de afwisseling en stukje door een dorpje, waarvan ik de naam vergeten ben, ingebouwd. En dan gaat het weer terug de polder in. De laatste 10 kilometer gaan over gras en bruggetjes en zijn super leuk. Jammer genoeg heeft men daar ook op een aantal stukken de lavastrooikunst beoefend. Persoonlijk vond ik dit helaas een stukje minder prettig lopen. Van de andere kant is ook wel leuk om op het laatst weer even je looptechniek te mogen aanspreken. Bovendien denk ik dat over een jaar de scherpe kantjes er letterlijk wel vanaf zullen zijn. Voor de precieze route verwijs ik naar deze animatie.

 

 

Na 3:52:38 (effe checken) zat dit feest er helaas weer op. Ik denk wel dat het duidelijk is dat dit een loopje is wat mij erg aanspreekt. Op de website van Jannet Lange staat een schitterend stukje over het verzamelen van marathontijden. Nu ben ik ook een verzamelaar niet zo zeer van marathontijden maar van marathon edities. Omdat ik, op marathongebeid, een laatbloeier ben, is het vrij moeilijk om deze verzameling echt uit te bereiden. Maar van deze heb ik toch maar mooi editie 0 in de knip. Heel graag wil ik dan ook de volgende edities aan mijn collectie toevoegen. En ook al verzamelde ik geen edities toch wil ik hier graag bij zijn. Helaas heb ik hier nog een klein dilemma. Er zijn een paar dagen waarop in niet loop en een daarvan is de verjaardag van mijn echtgenote. En inderdaad is de volgende editie van deze loop volgend jaar op 1 november. En omdat uit dit verhaal overduidelijk blijkt hoe principieel ik ben heb ik dus de komende 51 weken dikke stress om hier een oplossing voor te vinden.

 

 

En nu ik het toch over verjaardagen heb. Ik denk dat inmiddels mijn mening over verjaardagen wel bekend is: ik vind verjaardagen alleen leuk als ze iets met lopen te maken hebben (dus met een loopje of en lopend buffet gecombineerd worden). Maar ook hierop zijn uitzonderingen: zondag bereikte een mij zeer dierbare jongedame de leeftijd van 13 jaar. En laat zij nu toevallig in de buurt van Rotterdam wonen. Recalcitrant als ik ben zou ik normaal mijn gezin meegenomen hebben en ’s morgens voor het loopje afgezet hebben. De absolute garantie dus dat we de laatste keer voor die verjaardag uitgenodigd werden. Maar deze jongedame is mij echt dierbaar. Dus is mijn gezin rechtstreeks gegaan en ben ik na het loopje gegaan. Het begint mij dus steeds beter te lukken om mijn loopverslaving te combineren met ons gezinsleven. Dit is uiteraard geen opmerking om al punten te scoren voor volgend jaar 1 november.

 

22 november Zuiderzee marathon; weer een mooie bijdrage aan mijn verzameling.

www.zuiderzeemarathon.nl

Twee jaar geleden had ik na heel wat omzwervingen door het land van de hardloopschoenen eindelijk weer loopschoenen die voor mij perfect waren. Aan het begin van dit jaar hoorde ik van een razend enthousiaste verkoper, dat ze deze geweldige schoenen nog beter gemaakt hadden. Van mij mogen ze om de haverklap de kleur van de schoenen veranderen, na twee keer lopen zie je die toch niet meer, maar van de loopeigenschappen moeten ze afblijven. Na 5 minuten wist ik dat de man een echte verkoper was en dat niet iedere verandering een verbetering is. Ik kon dus weer op zoek naar voor mij geschikte schoenen.

 

Uiteindelijk heb ik via Internet in Amerika nog 3 paar van het oude model gevonden. De prijs van de schoenen was ook nog erg interessant; niet eens veel minder dan de verzendkosten. Dus ben ik de komende maanden weer voorzien. Naast het feit dat deze schoenen echt goed zitten, optimale steun en demping geven hebben ze nog een eigenschap die ze geweldig maakt. Ze hebben namelijk aan de onderkant in de lengterichting een grote gleuf. En dat is ideaal voor mijn verzamelwoede. Ik verzamel namelijk van alle plaatsen waar ik gelopen heb steentjes. Dit is een waanzinnig interessante hobby en ik ben ook gaarne bereid om daar iets (extra’s) voor te doen. Maar omdat ik ook graag iets van de omgeving zie kan ik niet gedurende het gehele loopje naar de grond blijven turen. Daarnaast ben ik gewoon te lomp en zeker niet lenig genoeg om tijdens het lopen even te bukken en een steentje op te rapen. Maar daar biedt zo’n mooie groef onder je schoen de uitkomst. Je dendert gewoon door en na afloop heb je gegarandeerd weer een paar mooie steentjes te pakken.

 

Inmiddels heb ik een indrukwekkende verzameling. Maar zoals iedere verzamelaar ben ik altijd op zoek naar dat ene pronkstuk, dat de kroon op je verzameling kan worden. Dus toen ik hoorde dat de Zuiderzee marathon niet in hetzelfde weekend zou vallen als Olne- Spa-Olne begon mijn verzamelaarhart een slagje sneller te kloppen. Een marathon over de bodem van de vroegere Zuiderzee, dit was toch wel haast de garantie voor en unieke toevoeging aan mijn collectie.

 

 

(© fotograaf Peter Mensink)

 

Ik kon dan ook amper wachten tot ik zaterdagmorgen om 6:25 uur Henk Sipers en Frank Veugen mocht gaan ophalen. Dit zou wel een heel speciale loop worden. Henk zou even nummer 250 aan zijn indrukwekkende lijst toevoegen en Frank was toe aan een verbetering van zijn p.r.. En ik zou een uniek exemplaar aan mijn steentjescollectie gaan toevoegen. Ik was echt super blij dat het helemaal wit van de sneeuw was, zodoende zou ik dus niet meteen te zien krijgen met welk steentje ik verrast zou worden. Zo’n eerste winterdag blijft indrukwekkend, je kijkt vanuit je warme bedje naar buiten en realiseert je dan dat je straks 42,2 kilometer lang frisse gezonde buitenlucht mag gaan happen. Mijn vrienden van Rijkswaterstaat hadden besloten om de tunnels van de A73 open te laten dus een voorspoedige reis stond niets in de weg. Ook stoorde het mij niet dat, toen we ter hoogte van de Veluwe reden er maar één strook van de autosnelweg berijdbaar was. Dit in tegenstelling tot de nodige automobilisten die hun voertuigen in de berm geparkeerd hadden.

 

In Zwolle was het weer een gezellige bedoening met veel oude bekenden. En het viel wel echt op dat de gemiddelde leeftijd van de aanwezige lopers zeker niet onder de 45 jaar lag. Precies om 9:45 vertrokken drie heerlijk verwarmde dubbeldekker bussen naar het startpunt in Urk. Het is prachtig om daar boven in t zitten en dan te zien dat het links opeens helemaal zwart wordt en ver volgens rechts ook. En dan zie je die twee weerfronten bij elkaar komen, waarna je ziet dat er uit zwarte lucht witte hagel kan komen. Indrukwekkend. Normaal zie je dat mensen altijd hun best doen om zo snel mogelijk uit een bus te komen maar dat was zo indrukwekkend dat iedereen graag nog even bleef zitten en van dit natuurverschijnsel wilde blijven genieten. De chauffeur riep nog om dat hij het heel jammer vond dat hij in de bus moest blijven zitten en dat wij wel mochten uitstappen, maar ik had totaal geen medelijken met hem. Op een bedrijventerrein waren we van harte welkom in de kantine van een bedrijf en zo traag als de lopers waren met het uitstappen uit de bus zo snel waren ze met het naar binnengaan in het gebouw. Hier ontmoette ik trouwens Jack Hendrickx. Jack, is een verzamelaar van marathonloopkalenderdagen en was zo blij dat hij eindelijk 22 november aan zijn collectie kon toevoegen dat hij zelfs vergat om even een sigaretje te roken. Trouwens Jack heeft inmiddels een kleine 400 marathons gelopen maar nog nooit een ultra, maar hier komt verandering in; volgend jaar gaat hij samen met Jannet Lange en mij op 7 opeenvolgende dagen een ultra lopen.

 

Toen het richting de klok van 11 uur liep werd het droog en konden we naar buiten. Een kleine 200 gelukkigen mochten genieten van het startschot van een van de Urker wethouders. Omdat ik weer aan het kleppen was had ik dit gemist maar ik had toch vrij snel in de gaten dat ik mocht starten. Frank had mij om advies gevraagd. Ook al rotzooi ik maar wat aan, toch weet ik wel hoe het zou moeten. Dus had ik hem geadviseerd om niet te snel te starten, goed naar zijn lichaam te luisteren en fatsoenlijk warm te lopen. Zelfs mij lukt het niet om een beetje rondhangen in een lekker warme kantine aan te duiden als goed warm lopen. Dus bleef alleen rustig starten en naar je lichaam luisteren over. En met name dit laatste was gezien de snijdende koude echt belangrijk. Ik heb van te voren nooit een flauw idee wat voor een tempo ik ga lopen maar kan wel binnen 2 kilometer zeggen waar ik op uitkom.  Ik had het dus steenkoud, ijskoude voeten en mijn spieren waren stram. Ik liep de eerste kilometer in 4:45 en nummer 2 ook. Dit zou dus een tijd tussen de 3:18 en 3:19 worden. Frank zat naast mij en aan zijn ademhaling en zijn stappen te horen zou hij waarschijnlijk een heel stuk bij mij kunnen blijven en zat zijn p.r. er aan te komen.

 

 

(© fotograaf Peter Mensink)

 

Ik vond dit parkoers wel iets hebben. Eigenlijk was het een lang rechte weg. Het heeft wel iets door zo’n polder denderen, lekker ver kunnen kijken en gewoon in een bepaalde cadans door gaan. Zeer regelmatig stonden er prima verzorgingsposten met heel aardige mensen die meestal zelfs van te voren vroegen wat je wilde drinken en zorgden dat je dat aangereikt kreeg. Dit om de flow niet te verstoren. Trouwens zelfs deze Limburger had naar verloop van tijd door dat de drankenkaart niet onbeperkt was maar dat kon de pret niet drukken. Na een kilometer of 11 kwamen we door Schokland. Vroeger een eiland en nu gewoon leuk om te zien. Voor de plaatjes begon het op dat moment net even te hagelen en was de beloofde rugwind even veranderd in zijwind. Zodoende kon je voelen dat de hagel echt was. Je moest even een heuveltje af en daar stond dan ook de voorzitter van het organisatiecomité, Herman Euverman, je te waarschuwen dat het glad kon zijn. Later zag ik dat Herman rondreed met een grote aanhangwagen achter zijn auto. Zou dit de bezemwagen zijn geweest?

 

 

(© fotograaf Peter Mensink)

 

Na 1:39:30 zat de eerste helft er op. Langzamerhand kwam Kampen in zicht. Zo te zien een heel leuk stadje en ook hier mochten we even een paar meter omlaag en stond Herman er weer. Na een kleine bezichtiging van het station zaten de eerste 28 kilometer erop en kon ik langzaam van steeds meer lopers niet alleen de achterkant maar ook de voorkant zien. Ik hoorde dat de ademhaling van Frank begon te veranderen dus twijfelde even wat ik doen moest. Hij mocht best een beetje inleveren zonder dat een vette verbetering van zijn p.r. in gevaar kwam. Ik kon iets vertragen en hem gaan toespreken maar ik kon ook in zicht blijven en hopen dat hij zich op mij zou richten. Uiteindelijk heb ik voor het laatste gekozen en zelfs stiekem nog een paar seconden versneld. De reden hiervoor was mijn geliefde verzamelhobby. Ik hoorde namelijk vanaf een bepaald moment een klik onder mijn rechtervoet en even later ook onder mijn linker. Prijs dus. Beide groeven waren gevuld. En aangezien ik best wel een beetje nieuwsgierig ben wilde ik toch wel heel erg graag weten wat ik gescoord had. Daarnaast had ik Henk Sipers beloofd dat ik foto’s zou maken van zijn finish en omdat ik wist dat er ook een fotograaf van de krant kwam, wilde wel even gedoucht hebben. Want stel dat ik ook eens toevallig op een krantenfoto kwam dan moest ik er wel een beetje verzorgd zijn. Ik heb immers als vader van opgroeiende kinderen een voorbeeldfunctie.

 

 

(© fotograaf Peter Mensink)

 

Dus op naar de finish. Voor de goede orde: ik heb mij niet verlopen op kilometer 41,5 ik ben alleen even de andere kant uitgelopen om beter het tunneltje te kunnen inlopen. Omdat ik mijn startnummer onder mijn jasje had moest ik wel even mijn jasje opmaken. Het was dus een eindsprint met een extra moeilijkheidsgraad, maar toch was na exact 3:18:00 ook dit feest weer voorbij. En had ik nog even tijd voor 5 bekertjes cola tot een dikke 4 minuten later een dolgelukkige Frank binnenkwam. Tot mijn genoegen was de douche zo heet dat de kans dat ik de glorieuze binnenkomst van Henk Sipers zou missen minimaal was.

 

Nadat Henk binnen was kon het feest beginnen. Henk werd op een geweldige manier door de organisatie in het zonnetje gezet. Maar Henk was niet de enige jubilaris: ook Herman Euverman had naast het organiseren van een geweldige marathon (en dit uiteraard samen met een groep enthousiaste clubgenoten) ook nog even in Ierland marathon/ultra nummer 200 gelopen. Hier was natuurlijk een mooi T-shirt van gemaakt. Omdat Herman veel te bescheiden is en het dus moeilijk is om aan een foto van hem te komen had het even geduurd voor dit shirt klaar was. Maar nu was het er dan toch. Herman was trouwens zo begaan met de zorg voor de goede afloop dat hij in eerste instantie het T-shirt onder zijn trui aan trok. Maar het is mij toch wel gelukt om hem duidelijk te maken dat dát echt niet hoefde.

 

 

Ik voelde mij een gelukkig mens, was getuige geweest van een 250ste marathon, een mooi stukje Nederland gezien, aardige mensen gesproken en weer een loopje meegemaakt dat georganiseerd is door mensen met liefde voor het lopen én…. niet één maar twee schitterende steentjes van de bodem van de Zuiderzee aan mijn collectie toegevoegd. En eerlijk gezegd vond ik, zeker gezien het feit dat dit mijn 50ste marathon/ultra dit jaar was, dat ik niet slecht gelopen had.

Kortom het was een geslaagde zaterdag en zeker een rit naar het verre Zwolle meer dan waard. Trouwens thuis heb ik ook nog de blits gemaakt. Ik heb namelijk mijn kinderen verteld dat ze in Urk de lekkerste makreel van Nederland hebben en dat ik zo laat thuis was omdat ik speciaal voor hen die makreel was gaan halen. Jammer dat mijn dochter net zo slim is als haar moeder en vroeg waarom er eigenlijk een stikker op zat met “met een sportieve groet”. Vandaar dus een tip aan de lopers die hun goodie-bag nog niet uitgepakt hebben; de vis is erg lekker en je scoort echt geen punten door die een half jaartje in de zak te laten zitten, in tegendeel.

 

p.s. de route staat hier.

 

30 November Olne-Spa-Olne

http://www.courirpourleplaisir.be/html/v_3/p_1.html

Probeer mij eens voor te stellen als een klein jongetje van een jaar of 6. Een klein, schattig, blozend, bol Hollands manneke. Die heel graag eet. Eigenlijk vindt hij het leukste van het eten het heerlijke gevoel na het eten. Je zit helemaal vol, je ben een beetje rozig en hebt de heerlijke zoete nasmaak van het toetje nog in je mond. Maar soms krijg hij iets op je bord dat hij niet zo heel erg lekker vindt. Sterker nog, waar van hij zich in zijn kopje gezet heeft dat het heel erg smerig is. Hij vindt het eigenlijk zo smerig dat hij er bijna van moet braken.

 

Hoe gaat zo’n manneke daar dan mee om? Of hij weigert te eten en overtuigt zichzelf er van dat hij geen honger heeft en ook geen toetje hoeft. Of hij probeert het slim te spelen en het hoofdgerecht te weigeren (of te laten verdwijnen) en zo toch aan dat toetje te komen. Maar dat werkt waarschijnlijk niet want, daarvoor hebben ze ouders uitgevonden. Of hij bijt letterlijk door de zure appel heen. De laatste oplossing is uiteindelijk de beste, want dan smaakt het toetje nog veel beter. Hij heeft er echt iets voor gedaan en daardoor is het meer dan verdiend.

 

Precies dit beeld krijg als aan Olne-Spa-Olne denk. Ik vind dit een geweldige loop, ik wil niets liever dan na de nodige uren ploeteren, helemaal onder de modder, in het Chalet in Olne staan,de vuist in de lucht steken en dan brullen: “Ik heb het weer geflikt!”.  En geloof mij maar, ook al is het toetje uit de beeldspraak  een bord stamppot met worst en een kelk Leffe, dat gaat er in als koek en die smaak blijft nog maanden op mijn papillen en wordt naar mate de tijd verstrijkt steeds beter.

 

Maar daarvoor moet ik eerst even het hoofdgerecht naar binnen werken. Aangezien de omtrek van dit rijk gevulde bord 65 kilometer is, is dit echt een flink bordje gezonde kost. En ook al ben ik heel wat jaartjes ouder, diep in mij zit nog steeds dat (schattige) manneke die eerst probeert het hoofdgerecht over te slaan, maar uiteindelijk zijn toetje echt wel wil verdienen. Dus serieuze alternatieven worden nauwgezet bekeken.……

 

En erg hard hoef je daar niet voor te zoeken want  zaterdag werden de weersvoorspellingen voor zondag steeds concreter. Aangekondigd werd dat er zondag een behoorlijke kans op ijzel zou zijn. Dit in combinatie met de infrastructuur bij onze Zuiderburen is zonder meer een valide reden om van de reis af te zien. Maar dan is er ook geen toetje en daar gaat het toch om. Dus uiteindelijk heeft deze weersvoorspelling er voor gezorgd dat ik én wat meer plaats in de auto had én wat eerder uit mijn warme bedje mocht. Dus stond ik al om 6:45 uur samen met Jo Schoonbroodt, Henk Sipers en Roger Kempinski in Olne. Dit was perfect want ik had de beste parkeerplaats en hoefde niet in de rij voor het toilet. Ik had dus alle tijd om op een maagdelijk koude pot te gaan zitten en weg te dromen bij de gedachten aan al het moois wat op mij te wachten stond.

 

 

Maar aan alle moois komt een einde, nu was dit hier niet zo erg, want toen ik de koude uit het porselein gehaald had kon ik gezellig met vele oude bekenden een praatje maken. En binnen een mum van tijd was het weer tijd voor de start. De start in Olne blijft een fraai verschijnsel. Je weet dat hij altijd te laat is en dat je het nooit precies in de gaten hebt wanneer het nu precies gebeurt, want op een gegeven moment begint er een jeep te rijden en dan kan het feest beginnen

 

Dus zat ik samen met ruim driehonderd andere gelukkigen rond tien over acht aan tafel voor dat grote bord. Eerlijk gezegd lagen er de allermooiste en lekkerste spijzen op. Schitterende vergezichten, speelse dorpjes, korte klimmen, lange klimmen, felle klimmen, weilanden, bossen, doorkijkjes, alle soorten modder, stenen en takken. En dat maar liefst 65 kilometer lang. En inderdaad; als er geklommen wordt moet er ook gedaald worden….

 

Wat zeurt dat manneke nu, hij krijgt vrijwel onbeperkt die gerechten die hij zo lekker vindt? Het blijkt dat het probleem niet in het eten zit maar in de manier waarop dat eten weggewerkt moet worden. Nu is het zo dat men om te eten mes en vork uitgevonden heeft, en dat  is niet voor niets gebeurd. Maar in dat hoofd van dit manneke zit dat hij niet gemaakt is om met gereedschap te eten (zelfs een lepel kan niet!). En wat in dit kopje zit ís ook zo, daarom is dit kopje waarschijnlijk ook zo dik. Sterker nog, hij heeft zich in zijn koppie gezet dat hij nooit zal leren om met mes en vork te eten. Wel kan hij enorm veel eten. Bovendien heeft niet voor niets een paar grote handen, dus waarom zou hij mes en vork nodig hebben.

 

Ook is hij zo opgevoed dat als hij eenmaal aan een bord begint dat ook leeg zal moeten, en dus eet hij met zijn handen. En dat dat er op zijn zachts uitgedrukt niet uit ziet, kan iedereen die mij daar heeft zien klunen, beamen.

 

 

Het  stomme van deze situatie is dat ik me steeds meer in mijn hoofd ben gaan zetten dat ik niet bergaf kan en dat deze ondergrond voor mij absoluut ongeschikt is. En dus werkt het nog steeds als bij dat manneke met zijn ideeën over heel vies eten. Concreet kwam het er op neer dat ik doordat ik alles wat ik van looptechniek wist weigerde toe te passen binnen twee kilometer beloond werd met een enkel die finaal vast zat. En dan beginnen dus nog ruim zestig kilometer echt feest. En geloof mij maar dat dan iedere stap omlaag en iedere steen je wel duidelijk maken waar je mee bezig bent.

 

Nu heeft het geen nut om te blijven zeuren dat ik iets niet kan, dus zoek ik naar oplossingen. Concreet betekent dat ik mij heil ben gaan zoeken in schoenen. Dit jaar stond ik aan de start met superschoenen met een profiel dat sensationeel is. Als je hiermee over een stoep loopt dan blijven de stoeptegels aan de pinnen hangen. Nu ik dit zo schrijf ontstaat bij mij het idee om als ik straks mijn steentjesverzameling compleet heb over te gaan tot het verzamelen van stoeptegels. Die verzameling zou ik dan in onze tuin kunnen uitstallen en als mijn zoontje dan gaat spelen met het buurmeisje hoeft hij tenminste niet door de modder te kruipen.

 

 

Helaas werkten deze schoenen hier niet, want na drie stappen in de modder had ik al van die grote platen onder mijn schoenen. Ik heb wel eens een plaatje gezien van Eskimo’s die een soort tennis rackets onder hun schoenen binden en zo mooi over het ijs glijden. Als ik handig genoeg was met beeldbewerkingprogrammatuur zou ik het wit maar hoeven te veranderen in bruin en zou dat een perfecte afbeelding van mij in actie in OSO zijn. En gegleden (of is het geleden) heb ik !

 

Omdat ik dus voor geen meter vooruit kwam had ik - naast het desondanks écht genieten van de geweldige loop - ook voldoende tijd om te analyseren waar ik mee bezig was. Ik krijg steeds meer het gevoel dat ik een auto ben met een hele sterke diesel motor die voldoende vermogen heeft om heel lang door te gaan, maar niet goed in staat is om dit vermogen op de weg te brengen. Ik heb het al gezocht in de banden maar dat lost het probleem niet op. Het is de overbrenging van dit vermogen naar de banden. Bergop gaat werkelijk super, hoe steiler hoe beter. Maar bergaf gaat helemaal niet. Voetje voor voetje, en dan ga ik een verkrampte houding aannemen en daardoor gaat het nog slechter. Uiteindelijk gaat de onderrug dan vast zitten en is het zelfs op de paar vlakke stukken asfalt strompelen geblazen.

 

 

Dus zal deze jongen aan zijn looptechniek en souplesse gaan werken. Nu kom ik echt vrij regelmatig (kerstmis is ook regelmatig) bij de atletiekclub en ben dan ook altijd aanwezig bij allerlei oefeningen. Bij de meeste oefeningen kan ik niet echt deelnemen omdat iemand toch moet kijken of, met name de dames, de oefeningen  correct uitvoeren (ik ben immers een gezonde Hollandse jongen). Maar ik ben bang dat ik er nu toch aan moet geloven. Kortom ik heb weer een echte uitdaging.

 

Omdat dit de derde keer was dat ik hier mocht meedoen en het parkoers niet gewijzigd is, verwijs ik voor de beschrijving van het loopje na mij twee eerdere verslagen. Ik dacht even dat de roemruchte afdaling naar de vangrail waar ik al twee jaar slapeloze nachten van heb, uit het parkoers was gehaald. Dit was gelukkig niet het geval. De twijgjes van de struiken waren dit jaar weer goed gegroeid maar nog steeds niet sterk genoeg om deze jongen enige serieuze hulp bij het dalen te geven. Wat wel nieuw en briljant was, was dat bij de “handen en voeten klim” na kilometer 48 muntjes in de grond verstopt waren, dus kon ik financieel mooi gecompenseerd worden voor het op handen en voeten kruipen.

 

Ik had geen fototoestel meegenomen maar voor mooie plaatjes verwijs ik naar Jo Lukasik en Adrie van Dijk.

 

 

Na 8:11uur stond ik weer in het chalet. Degene die wil zien waar ik al die tijd heb uitgehangen verwijs ik naar deze animatie. Echt tevreden was ik niet. Dat had trouwens niets met de tijd te maken en ook niet omdat ik 42 minuten trager was dan vorig jaar, want ik ging voor het principe van Willem (tijd nemen en genieten, genieten, GENIETEN). Maar met het feit dat ik totaal niet moe was. Ik baalde dus omdat ik door mijn eigen stommiteit gewoon niet vooruit kwam terwijl het motortje heerlijk draaide. Ik baalde zelfs zo dat ik mijn maaltijd aan Bram gegeven heb. De eerlijkheid gebiedt mij wel om te zeggen dat dit een minder grote opoffering is dan het lijkt omdat ik al bij de post op kilometer 58 geholpen had met het opruimen van de grilworsten. Daarnaast wilde ik ook naar huis omdat wij visite hadden. Voor de goede orde: ik wilde nog gezellig even met de visite praten en ging niet om zeker te weten dat ze al vertrokken waren. En uiteraard wilde ik toch ook even mijn mooie nieuwe rode OSO sweater showen.