In juni heb ik mogen deelnemen aan de Slachtemarathon en aan de Eerste Enige Echte én Eenmalige Vughtse marathon.
In november vorig jaar zijn we met vier Limburgse lopers naar de Berenloop op Terschelling geweest. De veerboot naar Terschelling was afgeladen met lopers en binnen de kortste keren hadden we een aantal heel leuke gesprekken. Opvallend vaak hoorden we hierbij heel enthousiaste verhalen over de Slachtemarathon die om de vier jaar georganiseerd werd en waarvan de volgende editie in 2008 gehouden zou worden. Twee van de vier lopers riepen spontaan dat ze hier persé bij wilden zijn. De andere twee hielden de boot af. Dus zijn de twee lopers die persé gaan wilden niet gegaan en hebben de andere twee zich in januari meteen aangemeld.
Mij aanvankelijke scepsis vond haar oorzaak in de lange reis en het feit dat ik in juni een soort van rustperiode in mijn opbouw naar Zwitserland wilde inlassen. Omdat vakantie de ultieme vorm van rust is en hersteltrainingen erg belangrijk zijn, kon ik mij er heel snel van overtuigen dat een weekendje Friesland de ideale invulling van deze rustperiode was. Dus ben ik vrijdagavond samen met mijn gezin, mijn loopmaatje John en zijn echtgenote naar Sneek vertrokken.
Om precies 5:10 zouden de lopers door bussen in colonne van Sneek naar de start in Oosterbierum gebracht worden. Daar werd dan om 6:30 gestart. Dit was natuurlijk perfect voor mijn weekend. Starten om 6:30 dan 4 uurtjes lopen betekende om 10:30 binnen zijn. Een half uurtje sfeer snuiven en nagenieten en dan met de bus terug betekende dat ik voor twaalf uur al een marathon gelopen zou hebben en gedoucht zou zijn. Dus zodra mijn gezin klaar was met ontbijten was ik ook weer volledig beschikbaar en hadden we nog bijna de hele zaterdag voor onze vakantie. Toch had ik, toen ik op zaterdagmorgen om 4:00 zat te ontbijten, even moeite om mij zelf er van te overtuigen hoe perfect dit was.
Ik meen begrepen te hebben dat er een kleine 2000 marathonlopers waren. Het overgrote deel hiervan werd met de bus naar de start gebracht. Het was een heel indrukwekkende colonne bussen. Onder politiebegeleiding ging het naar de start. Het was mooi om te zien dat toen de bussen rond 5:20 de autosnelweg opreden door de politie de autoweg afgezet werd zodat de bussen deze ongestoord kon oprijden. Gelukkig waren er rond die tijd niet echt veel andere verkeersdeelnemers die hier hinder van ondervonden. Tot mijn grote genoegen zat ik kwam ik in de bus naast Adri van Dijk te zitten; dus gezellig keuvelend was het heel snel 6:20. Eerlijk gezegd was is erg blij dat de busrit voorbij was want ik moest heel nodig plassen. Zo te zien was ik niet de enige want toen de bus stopte liep zeker 70 procent van de lopers niet richting start maar richting bosjes.
Na het afgeven van de kledingzak was het tijd om te starten. Toevallig stond ik in het startvak naast mede Florence-ganger Herman Euverman die zo te zien weer helemaal hersteld was. Zoals reeds gezegd was dit voor mij een herstelloopje. Ik had namelijk vrijdag mijn orthopedische schoenen gekregen en hierbij een goed en open gesprek met de orthopeed gehad. Hier was ik toch wel een beetje van geschrokken. Hij vertelde mij dat ze uitgebreid over mij gepraat hadden en heel erg verbaasd waren dat ik überhaupt nog normaal lopen kon. Zij hadden vergelijkbare gevallen in hun praktijk en die waren niet eens meer in staat om normaal te wandelen. Dat ik bovendien nog een beetje aan hardlopen deed had hun enorm versteld doen staan. Daarnaast had ik van verschillende ervaren lopers het advies gekregen om het lichaam echt goed te laten herstellen van mijn eerste 100K. Vreemd genoeg voelde ik mij super en had nergens last van. Mijn aangeboren recalcitrantie wilde mij laten bewijzen dat die voor mij niet gold en dat ik hier wel eens even een scherpe tijd kon neerzetten. Mijn verstand zei iets heel anders. Tot mijn grote verbazing heeft uiteindelijk mijn verstand gewonnen, zou ik dan toch eindelijk volwassen worden?
Dus ging ik mooi op de achterste startrij staan en wilde ik persé 4:00 lopen. Binnen een kilometer had ik al in de gaten dat dit gewoon niet lekker liep, ik moest continu mijn stap verkleinen om aan dit tempo uit te komen en dat voel helemaal niet lekker. Dus toch maar een klein beetje sneller en inderdaad iets boven de 11 km/h voelde zeer ontspannen. En dus kon het grote genieten beginnen.
Voor de precieze route verwijs ik naar deze link.
Dit is werkelijk een schitterende marathon. Het open Friese landschap, de mooie Hollandse luchten en de sfeer. Wat kun je als loper nog meer wensen. Vooral die sfeer was geweldig. De lopers maakten er een feestje van en het publiek ook. Er stonden heel wat orkesten langs de kant. Let wel het was zaterdagochtend en 6:30 uur. Ook was het parkoers op heel wat plekken heel erg leuk aangekleed. Hiervoor verwijs ik naar de foto’s van Adri van Dijk. En tenslotte: de organisatie was grandioos. Volgens mij was aan alles gedacht. Dit benadrukte bij mij nogmaals de andere visie op organiseren die onze Italiaanse vrienden er twee weken geleden op nahielden.
Langs het parkoers kwam zag ik nog een van de snelle dames van het Sittardse WRT. Uiteraard moest ik van de gelegenheid gebruik maken en haar een foto laten maken van mij in actie. Aangezien het even duurt voor een camera opgestart en ook digitale foto’s mislukken kunnen heb ik even een paar keer op en neer mogen lopen. Maar het resultaat is dit zeker waard.
Dus Lucia van harte bedankt.
Op het parkoers kwamen we 2 keer een brug tegen. Ik moet zeggen hier hebben ze wel een heel opmerkelijke interpretatie aan het concept brug gegeven. Ik begrijp dat een brug iets is dat je over een of ander hindernis heen moet helpen. Bij vrijwel alle bruggen die ik tot nu toe gezien heb gebeurd dit via de weg van de geleidelijkheid. Dus ruim van te voren begint de brug en gaat dan me een geleidelijke stijging omhoog. Hier gingen de bruggen over een autoweg heen en begonnen circa één meter voor de vluchtstrook en gingen toen een meter of 10 vrijwel loodrecht omhoog om vervolgens weer 10 meter omlaag te gaan en precies na de vluchtstrook aan de andere kant op te houden. Normaal zou ik zo iets twee ladders die tegen elkaar aan staan noemen. Het verschil met een ladder is trouwens dat deze sporten heeft en als je zag hoe hier omhaag en omlaag gekluund werd weet je waarom die sporten zijn. Ik meen begrepen te hebben dat de eerste brug de Slachtetille heet; eigenlijk was dit wel een heel toepasselijke naam.
En de bordjes met de kilometer aanduiding waren pure humor. Niet de afgelegde afstand maar de af te leggen afstand; en zo te zien zijn er 42 worden in het Fries om lopen c.q. voortbewegen aan te duiden. Uiteraard moest ik deze verzamelen en dit is het resultaat (in volgorde van nog af te leggen kilometers):
42 rinne
41 drave
40 fleane
39 fjouwerje
38 skreppe
37 strûze
36 stowe
35 stifelje
34 huppelje
33 tuge
32 stampe
31 hippe
30 paradeare
29 avenseare
28 defilearje
27 skommelje
26 kontsjedraaie
25 trippelje
24 trêdzje
23 drintelje
22 bonkelje
21 iisbeare
20 sjuttelje
19 toffelje
18 sukkelje
17 wjukkelje
16 huottelje
15 traapje
14 stoatskave
13 fottelje
12 sluorkje
11 stoattelje
10 skowe
9 dwale
8 knoffelje
7 stuiterje
6 skeanbilje
5 keutelje
4 bokselje
3 dangelje
2 pesjantelje
1 wankelje
Of ik het allemaal goed getypt heb weet ik niet want mijn spellingscontrole heeft er een beetje moeite mee. Heel toepasselijk stond wankelje op één kilometer van de finish en heel wat lopers om mij heen spraken waarschijnlijk Fries en namen dit heel letterlijk.
Uiteindelijk was na 3:48:05 ( 1e helft in 1:54:20) het feest voor mij voorbij. Ik had werkelijk genoten, dit was echt een marathon waar het plezier van af spatte. Was ik tevreden?. Dit is een vraag die ik alleen maar met “Jeen” beantwoorden kan. Ik had super ontspannen gelopen en kwam zo fit als een hoentje binnen. Mijn doelstelling was 4:00 lopen was dus niet gelukt. En daarnaast baalde ik stiekem een beetje dat ik niet volle kracht gelopen had. Mijn verstand zei dat het goed was dat ik er een lekker duurloopje van gemaakt had. Maar toch merkte ik dat als ik een startnummer op heb en lopers om mij heen zie het moeilijk blijft om mijn verstand te gebruiken en niet zo hard mogelijk te gaan. Dus heb ik gelukkig nog iets om aan te werken voor Zwitserland.
“Echt eenmalig ???”
“Wat vind je een leuk loopje?” is een vraag die iedereen voor zichzelf mag beantwoorden. Sinds afgelopen zaterdag weet ik weer wat ik heel leuke loopjes vind.
Zaterdag heb ik namelijk mogen deelnemen aan de eerste eenmalige Vughter marathon. Wim Hogentoren organiseerde deze samen met de “vrienden van Wim” ter gelegenheid van zijn 100ste marathon. De ingrediënten waren: eenmalig, groepsloop, natuur en ongedwongen sfeer; dus voor mij de belangrijkste voorwaarden voor een hoop loopplezier.
Willem Mütze had ook besloten om hier naar toe te gaan. Vrijdag was ik even gaan tanken. Ik zag toen dat de prijs van een tank vol met benzine ongeveer gelijk was aan de waarde van mijn vorige auto. Dus kwam ik spontaan tot de conclusie dat samen rijden met Willem heel gezellig en goed voor het milieu was. Dus zaten wij zaterdagmorgen weer gezellig keuvelend in de auto naar Vught. De GPS van Willem en mijn uitdraai van de routebeschrijving lagen in de kofferbak van de auto. Die hadden we ook niet nodig want Willem was er tien jaar geleden al eens geweest en ik wist dat de start bij een sportcomplex was dat op 10 minuten lopen van het ns-station lag. Dus toen we in buurt van Vught kwamen was de keuze voor Vught centrum volstrekt logisch. Vreemd vond ik wel dat je zowel rechtsaf als ook rechtdoor naar centrum kon. Toen we na verloop van tijd merkten dat men Vught centrum tegenwoordig ook Den Bosch centrum noemde was dit raadsel ook weer opgelost. Boze tongen beweren dat wij ons daarna nog een aantal keren verreden hebben. Dit moet ik echter met klem ontkennen. Als serieuze lopers hechten wij er grote waarde aan om voor iedere loop het parkoers grondig te verkennen; dit hebben we nu dus ook gedaan. Daarnaast willen we ook zeker weten dat Wim de mooiste stukjes in het parkoers had opgenomen, dus zuiver om die reden hebben nog wat andere stukjes van het Brabantse land bekeken. Ook hebben wij tegenwoordig meer dan tijd genoeg als wij een kleine 2 minuten voor de start op een loopje verschijnen.
Mooi op tijd konden ruim 20 gelukkigen aan het loopfeest beginnen. Het was een heel gemêleerd gezelschap, en omdat het een echte groepsloop volgens het concept samen uit samen thuis was, was er ruim de gelegenheid voor een praatje en een grapje. Leuk was te zien dat er tijdens het lopen becijferingen gemaakt werden over het aantal marathons dat hier bij elkaar liep. Hoeveel het er precies waren weet ik niet maar de schattingen (“misschien wel een paar honderd marathons”) die ik hoorde waren veel te laag. Voor mij liepen op een gegeven moment 4 lopers naast elkaar die samen al goed waren voor meer dan 2.000 marathons.
Bij de start regende het heel licht dus zou het weer in de loop van de loop steeds mooier worden. Want het voltooien van een 100ste marathon moet gewoon in de stralende zon gebeuren. Wim had een heel mooi en vrijwel verkeersvrij parkoers uitgezet. Het eerste stuk voerde langs een riviertje en vervolgens ging het door een mooi bosrijk gebeid. Ik had dus weer ruim voldoende gelegenheid om even te stoppen, mijn camera te pakken en een plaatje te schieten. Vervolgens mocht ik weer de groep gaan opzoeken en kon ik weer een foto maken. Uiteindelijk heb ik 102 foto’s gemaakt. Dus de conclusie dat er weer genoeg te zien was is zonder meer correct. Wim had om de 5 a 7 kilometer gezorgd voor een ruim voorziene verzorgingspost. Zodoende kon er ook een tweede sport uitgeoefend worden. Namelijk zo snel moegelijk de voorraad Cola uitputten. Gelukkig bemande de echtgenote van Wim de verzorgingpost en kon zij met behulp van de Brabantse middenstanders deze mannen een extra uitdaging bieden. Door de lege bekers te tellen kon ook vrij snel vastgesteld worden welke lopers tot “de vrienden van Wim “ behoorden.
Wim had een prachtige methode ontwikkeld om de groep bij elkaar te houden. Als een aantal lopers een beetje achterbleven liet hij de koplopers een verkeerde weg in slaan. Puur uit waardering en bewondering voor deze strategische zetten zag je in de loop van de dag de groep “vrienden van Wim”ook steeds groter worden.
Na 25 kilometer zat het er voor een paar lopers op. De rest van de feestgangers ging zich wagen aan de zogenaamde gele route. Een prachtig uitdagend stukje met een aantal leuke heuveltjes. Zoals de naam al doet vermoeden was dit stukje gemarkeerd met groene plaatjes. Hierna gingen we de bajes en een meer omronden. Dus voor elk wat wils. En zoals altijd kwam het einde veel te vlug. Tenminste ik neem aan dat dit de reden van het gemopper van de veellopers was. Dus na 43 kilometer en 40 meter had Wim zijn eerste 100 volbracht en wij weer een prachtige loopdag gehad.
Onder daverend applaus kwam Wim op het complex van Prins Hendrik binnen. En dit applaus was meer dan verdiend zowel voor zijn prestatie als voor de mooie en goed verzorgde tocht. Toch heb ik nog een puntje van kritiek: 43,04 kilometer is namelijk geen marathon. Dus zuiver in de leer als ben vind ik dat Wim zijn 100ste niet gelopen heeft. Ik stel dan ook voor dat we over een paar weken (dit in verband met de vakantie) hem een nieuwe kans bieden en het loopje nog een keer over doen. En als we dan de ophaalstukjes weglaten zal het wel lukken.
Voor het geval het iemand zou interesseren nog even wat cijfertjes. De netto looptijd bedroeg 4:32:33 en dit is de route en de 102 foto’s zijn hier te bekijken. Voor mij was dit de generale repetitie voor mijn aanstaande avonturen in Zwitserland. En zoals het hoort voor een generale repetitie: ik liep totaal beroerd. Ik liep absoluut niet soepel en gelukkig viel dit ook een aantal lopers op die mij goed kennen. Ik heb er dus de volgende week een extra uitdaging bij.
Trouwens dat de investering in een beetje sightseeing die Willem en ik gedaan hadden zeer zinvol was, bleek toen ik na afloop te voet naar het station ging. Ik heb me maar twee keer verlopen en dat zou anders heel wat vaker geweest zijn.