In november ben ik actief geweest op Terschelling en in Olne

5 November Berenloop

http://berenloop.vvvterschelling.nl 

Een goede voorbereiding is alles

 

De inschrijving voor de Berenloop werd geopend om 00.00 uur. Om 15:00 waren al ruim 600 van de 800 startnummers voor de marathon vergeven. De conclusie dat dit wel een heel bijzonder loopje moest zijn lag voor de hand, en dus wilde ik dat dan ook met eigen ogen aanschouwen.

 

Na Texel was mijn hele gezin zwaar onder de indruk van de schoonheid en de sfeer van onze waddeneilanden. Dus toen ik terloops liet vallen dat ik in het najaar misschien even een stukje wilde lopen op Terschelling oogstte dit voorstel veel bijval.

 

Dus een mooie loop, een prachtige omgeving en een enthousiast gezin. Aan alle randvoorwaarden voor een prachtig (loop)wekend was voldaan. We zagen het helemaal zitten.

 

Uiteraard moest er wel nog het een en ander gereserveerd en gepland worden. Voorwaar mijn favoriete bezigheid. Dus iets wat op de lange baan geschoven kon worden. Toen ik eindelijk eens begon te kijken wat en hoe het een en ander geregeld moest worden kwam ik tot de conclusie dat Terschelling toch wel erg ver weg is. Aangezien mijn kinderen gewoon naar school moesten zou het er op neer komen dat we zaterdagmorgen vroeg zouden moeten vertrekken, een uurtje of zes zouden moeten reizen en zondagnacht erg laat terug zouden zijn. Omdat ook nog een paar uurtjes verloren zouden gaan aan een stukje lopen zou er wel erg weinig tijd overblijven om het eiland te verkennen. Dus zou dit helaas een tripje zonder gezin worden.

 

Gelukkig hadden ook John Uitenbroek, Thijs van Heugten en Martin van Nieuwenhoven besloten om naar de Berenloop te gaan. Zij kwamen dan ook met het idee om zaterdag rustig naar Harlingen te rijden, daar een hotel te nemen en dan zondagmorgen in Harlingen de boot te nemen.

 

Dus toen alle regelzaken rond waren kon ik mij eindelijk gaan richten op het loopje. Omdat ik de laatste tijd van steeds meer mensen hoorde dat ik mank liep wilde ik dit nog even in orde laten maken. Zo doende belande ik op vrijdagmorgen bij de orthopedisch specialist. Ik ging daar binnen in de veronderstelling dat ik even een zooltje aangesmeerd zou krijgen en dan weer als een jonge god door kon hobbelen. De goede man was razend snel in het stellen van zijn diagnose. Het is gezien de stand van mijn enkel en de verzakking van een aantal botjes in mijn voet niet vreemd dat ik mank loop. Hij vroeg  terloops (mooie woordspelling toch) of ik wel iets aan sport deed of gedaan had. Toen ik vertelde wel eens een loopje te doen reageerde hij in de trant van dat zal de laatste tijd wel echt niet gegaan zijn. Ik kon de man inderdaad geruststellen door te vertellen dat ik nog nooit een 5 kilometer wedstrijd gelopen had en dat de laatste 10 kilometer de nodige jaren geleden was. Door het aanmeten van orthopedisch schoeisel kan waarschijnlijk bereikt worden dat ik redelijk normaal een stukje wandelen kan, zeg maar van een parkeerplaats naar een terras.

 

Dus erg vrolijk door het vooruitzicht op een paar mooie nieuwe helemaal speciaal voor mij gemaakte schoenen verliet ik hem.

 

Ter afronding van mijn voorbereiding had ik het ’s middags nog een afspraak met de fysiotherapeut. Zij hadden mij inmiddels drie keer (toevallig steeds een paar dagen voor een loopje) van acute rugproblemen verlost. Het was altijd een kwestie van een beetje geweld uitoefenen op de juiste plaatsen en dan ik ging weer fluitend naar buiten. Maar soms zit het een beetje tegen en nu kwam ik dus naar buiten met een behandelplan en een hele serie oefeningen die ik moet gaan doen. Die oefeningen vind ik trouwens razend knap. Ik ga regelmatig bij de trainingen van de atletiekvereniging langs. Dit is berengezellig. Uiteraard doe ik hier ook erg goed mijn best. Toch zijn er sommige oefeningen die ik nooit mee doe. En laat dit nu juist de oefeningen zijn die ik van de fysiotherapeut mag gaan doen. Je zou bijna aan samenspanning gaan geloven.

 

Dus na deze optimale voorbereiding konden wij zaterdagmiddag vertrekken. We hadden trouwens net zo goed gebruik kunnen maken van het invalidenvervoer. John en Thijs waren geblesseerd aan hun hamstring. Martin had last van zijn rug en heup. Dus zouden wij zonder meer aanspraak mogen maken op een invalidenparkeerplaats. Maar dit mocht de pret niet drukken. Dus goed gemutst verliep de reis naar Harlingen zeer voorspoedig. In Harlingen hebben wij heel toepasselijk onze intrek genomen in het Heerenlogement.

 

 

Na een zeer korte verkenning van Harlingen en het vinden van de optimale route naar de vertrekplaats van de boot hebben wij ons tegoed gedaan aan een uitstekende maaltijd en zijn daarna zoals van sportlui te verwachten mooi op tijd naar bed gegaan.

 

 

 

Op zondagmorgen hadden wij de boot van 9:15 uur gereserveerd. Uiteraard kwamen onze kaartjes niet door de kaartcontrole, maar een hele aardige medewerker zorgde ervoor dat onze kaarten omgewisseld werden voor geldige kaarten.

 

De boot was behoorlijk vol met loopenthousiastelingen, dus hadden wij ruim de gelegenheid om de 2 uur durende overtocht te vullen met het opdoen van allerlei nieuwe loopcontacten. Toen wij ons realiseerden dat de tocht 2 uur duurde zijn wij ook maar eens gaan kijken voor welk tijdstip wij de terugtocht geboekt hadden. Dit bleek 17:30 uur te zijn. Aangezien de marathon om 12:30 startte hadden wij dus precies 5 uur om de marathon te lopen, naar de sporthal te gaan, te douchen etc en dan naar de boot te gaan.  Dit moest makkelijk kunnen, zeker omdat we allemaal topfit waren.

 

Voor de start hadden we meer dan tijd genoeg. Dus stonden we nog precies op tijd in het startvlak. Ik leer het dus nooit; ik had dus weer een kleine 800 enthousiastelingen voor mij. De eerste 2 kilometer heb ik dus weer heerlijk aan mijn slalom techniek mogen werken.

 

Deze marathon heeft het predikaat mooi en zwaar. Mooi was hij absoluut. Zwaar vind ik hem niet. Het was het meest perfecte marathonweer wat je je maar wensen kan. Haast geen wind en 12 graden. Ik kan mij voorstellen dat als er een stevige wind staat dat hij dan een stuk zwaarder is.

 

 

Het parkoers was echt prachtig. Kleine dorpjes, water, duinen. Prachtig is een te zwak woord hiervoor. Ook de betrokkenheid van de bewoners was geweldig. Versierde bogen waaronder door je de dorpjes binnenkwam. Versierde huizen en hekwerken. Aanmoedigingsborden. Hier leefde het lopen echt en voel je je als loper gewaardeerd. Iedere 5 kilometer een ruim voorziene verzorgingspost.

 

Ik had mij zelf voorgenomen om stevig door te lopen maar absoluut niet tot het gaatje te gaan. Ik wilde ergens tussen de 3:20 en 3:25 lopen. Voor mij was dit een test hoe mijn enkel zou reageren. Met name even kijken hoe ik er voorsta voor Olne-Spa-Olne.  Mijn conditie en mijn spierkracht voelden echt geweldig. Alleen de linker voet/enkel wilde absoluut niet meewerken. Ongeveer iedere 10 stappen verloor ik de controle hierover en maakte mijn been een rare slinger. Niet echt prettig. Ik liep dan ook behoorlijk mank en liet een of ander raar sleepspoor achter. Als wetenschappers de komende tijd een onderzoek op Terschelling zullen gaan doen zullen ze waarschijnlijk tot de conclusie komen dat het een of ander prehistorisch dier over de paden rondgelopen heeft.

 

Ongeveer vanaf kilometer 33 ging het voor een kleine drie kilometer het strand op. Ik verlangde hier eigenlijk naar. Lekker zacht zand, heerlijk voor mijn been. Dit bleek echter een kleine miscalculatie. Het stuk over het strand ging door harde ribbels, niet echt een verademing.

 

Vrij snel kwam de Brandaris weer in zicht. Het laatste stuk mocht ik over een heuse rode loper lopen. Tevens hing boven de finish een heel groot scherm waar je je zelf in kon zien. Erg leuk en je voelt je dan ook heel even echt iemand.

 

Na 3:23:17 was ik binnen. Ik heb mij zelden zo dubbel gevoeld na een marathon. Ik had precies volgens planning gelopen. Ik had van een fantastische sfeer genoten. Ik heb de hele weg genoten van een prachtig en afwisselend stuk natuur. Maar ik voelde ook dat ik echt last had van mijn been. Ik voelde ook dat ik ondanks dat mijn spieren en conditie dit makkelijk aankonden niet echt snel en soepel lopen kon. Ik had het gevoel dat ik ongeveer als laatste binnen gestrompeld kwam. Dit laatste bleek achteraf wel mee te vallen want qua tijd was ik de 9e in de klasse 40+ bij de recreanten. Leuk om te zien dat ik ook in de klasse van de jonkies nog niet helemaal achteraan sta. Zoals bekend interesseren mij zowel plaats als tijd absoluut niet. Wel is dit voor mij een indicatie dat ik toch niet zo slecht gelopen had als ik dacht. Dus ik zal komende weken netjes mijn oefeningen gaan doen en dan zal ik toch maar eens gaan kijken hoe het in de Ardennen gaat.

 

Mijn loopvrienden hebben gelukkig allemaal de marathon uitgelopen en stuk voor stuk genoten. Zij zijn gelukkig allemaal weer aan het herstellen van hun blessures.

 

Toen ik na het douchen terug liep werd ik door een meisje gevraagd of ik een kop soep wilde hebben. Buurt bewoners hadden zich samengepakt en een aantal stoelen en banken op straat gezet. Hier zorgen een aantal vuurkorven voor warmte en sfeer. De lopers werden hier vergast op soep met pannenkoeken en een lekker borreltje. Geweldig. Ook viel mij op dat er bij verschillende huizen bordjes stonden met de tekst “warme douche”. Het bleek zo te zijn dat  mensen gewoon hun douche ter beschikking stelden aan lopers. Ik weet nu eindelijk wat je ergens welkom voelen betekent.

 

Dus samenvattend: een aanrader, mooi, perfect verzorgd en aardige mensen. Zeker een lange reis waard.

 

 

 

25 November Olne-Spa-Olne

www.courirpourleplaisir.be

Olne-Spa-Olne:een echte uitdaging als jubileumskado

 

Vlak voor mijn 40ste verjaardag lag ik, zo als gebruikelijk, ’s avonds op de bank uitermate dynamisch de afstandbediening van de TV te mishandelen. Opeens werd mijn aandacht getrokken door een item op een van de lokale zenders waar iemand vertelde dat hij een project ging opstarten waarbij hij mensen die aan een aantal criteria voldeden aan het hardlopen zou krijgen. De criteria voor zijn doelgroep waren: geboren voor 1970, niets aan sport doen en ietwat te zwaar. Ik woog op dat moment 139 kilogram; dus ietwat te zwaar was niet echt op mij van toepassing. Ondanks het feit dat ik maar aan twee van de drie criteria voldeed ben ik toch vol enthousiasme aan het project gaan deelnemen. Het project duurde drie jaar en uiteindelijk zou iedereen in staat zijn om 1 uur hard te lopen. Een aantal mensen zouden zelfs in staat zijn om een marathon te lopen. Ik heb keurig mijn best gedaan, naar trainers geluisterd, schema’s gevolgd en heel veel plezier gehad. Ik ben begonnen met 1 minuut rennen en 2 minuten wandelen. Precies drie jaar minus 10 dagen nadat ik mijn eerste training kreeg heb ik mijn eerste marathon gelopen.

 

Dit is inmiddels 4 jaar geleden. Na afloop van die marathon ben ik ondanks dat het project afgelopen was niet meer terug op de bank beland. Er zijn daarna nog verschillende marathons gevolgd. Op 31 december 2004 (echt zo’n moment voor overpeinzingen) zat ik toch stiekem weer even op de bank en begon mij af te vragen of het voor mij mogelijk zou zijn om iedere maand een marathon te lopen. Uiteraard moest het wel een leuk loopje zijn, mijn gezin mocht er absoluut niet onder lijden en het moest te combineren zijn met mijn baan. Stiekem droomde ik er van om in 2010 op mijn 50ste verjaardag een 50 kilometerloop als 50ste marathon te doen.  

 

Uiteindelijk heb ik in 2005 maar 9 marathons gelopen. Eigenlijk is dit niet helemaal correct want 2 van deze 9 waren ultra’s. Daarnaast heb ik nog de nodige korte loopjes (33, 25 en halfjes) gelopen. Wat ik wel ontdekte was de charme van natuurlopen en trails en ik mocht snuffelen aan de ultrawereld.

 

In 2006 heb ik het nog een keer geprobeerd, en is de teller op 13 blijven steken ( 6 marathons en 7 ultra’s). Dus toen ik eind december na afloop van de SM-loop mijn zonden zat te overpeinzen stond de teller op 28. Ik weet nog steeds niet of ik op dat moment bevangen werd door de emoties van de doorstane loop, de kwaliteit van de erwtensoep of het Gerhardusbier, maar op een gegeven moment dacht ik: als ik nu eens een beetje mijn best doe en in 2007 22 loopjes doe dan zit ik hier volgend jaar na te genieten van mijn 50ste marathon.

 

’s Avonds thuis ben ik dan ook driftig gaan plannen. Op papier was het helemaal niet zo moeilijk. De praktijk bleek heel wat weerbarstiger te zijn. Lopen werden afgelast en mijn werk zorgde er regelmatig voor dat ik ergens in “verweggistan” zat. Uiteindelijk kwamen er ook weer geheel onverwacht leuke loopjes langs. Om een lang verhaal kort te maken: het is nu eind november en ik heb tot nu toe in 2007 22 loopjes ( 9 marathons en 13 ultra’s) gelopen. Mijn teller staat dus op 50.

 

Voor mij is dit een mijlpaaltje om even bij stil te staan. Als ik voor mij zelf probeer na te gaan wat deze loopjes mij hebben opgeleverd dan denk ik aan drie kreten:

Volwassenheid, Vriendschap en Voldoening.

Ik ben er van overtuigd dat ik door het lopen eindelijk volwassen geworden ben. Door het lopen is er iets met mij gebeurd; ik ben rustiger geworden, relativerender en heb geleerd om mijzelf en mijn omgeving te accepteren zoals ze zijn. Ook heb ik geleerd om af te zien. Mijn interpretatie van volwassen gedrag dus. Ook heb ik heel wat mensen leren kennen en waarderen; een leuke nieuwe kennissenkring waarvan ik een aantal écht als vriend beschouw. En het hele lopen is bij mij “a way of live” geworden. Als ik het ’s avonds laat thuis kom kies ik er liever voor om een stukje te gaan lopen dan mijn bank op te zoeken. Ook als ik ergens in het buitenland ben ruil ik graag de bar van het hotel voor en verkenningstochtje. Ik heb inmiddels al het een en ander gezien. Ik ben aangenaam verrast door stukjes Nederland die ik op deze manier heb mogen verkennen. Ook het op 1100 meter onder de aarde met een lampje op je hoofd rondploegen in een Kalimijn behoort tot de onvergetelijke avonturen; net zoals het op een zondag midden over de Kurfürstendamm in Berlijn of op de de Heldenplatz in Wenen rondhollen. Maar ook het op vrijdagmiddag bij een gepensioneerde bakker in een dorpje in de Eifel genieten van vers gebakken broodjes.

Dit is maar een kleine en ook volstrek willekeurige greep uit mijn “avonturen”. Ik hoop dat er nog vele mogen volgen; ik heb er in ieder geval nog heel wat ingepland.

 

Maar eerst even terug naar nummer 50. Om maar meteen met de deur in huis te vallen: deze heb ik niet voor niets gekregen. Het is inmiddels wel bekend dat ik wat ongemak heb van mijn linkervoet en enkel. Ook is bekend dat onze vrienden van “Plaisir de Courir” zeer mooie maar ook uitdagende parkoersjes hebben.

 

Gewapend met deze kennis vertrok ik dan ook zondag morgen vroeg weer naar “le chalet” in Olne. De weersvoorspellingen waren niet echt zo als ze bij een feestdag hoorden. Regen, wind en hagel. Daarnaast had het de afgelopen periode redelijk geregend dus ik kon mij wel een voorstelling maken hoe de ondergrond zou zijn. Het grote voordeel van dit alles was wel dat ik niet lang hoefde na te denken over de kleren die ik aan zou trekken.

 

Onze zuiderburen waren aan de weg aan het werken en hadden een zeer ingenieus systeem bedacht om bepaalde weghelften af te sluiten. Ook al had ik mijn GPS meegenomen, het was mij absoluut niet helder wat nu de bedoeling was. Uiteindelijk heb ik mijn aangeboren richtinggevoel gebruikt en ben toch tot mijn grote verbazing weer in Olne beland. Hier was het weer de gebruikelijke gezellige drukte. Omdat ik mijn loopjes altijd perfect voorbereid… wist ik nu zelfs mijn startnummer en kon ik dat in vloeiend Frans roepen. Ondanks het feit dat de Franse woorden voor 13 en 31 veel op elkaar lijken heb ik toch bij de tweede poging het goede nummer gekregen. De speldjes waren helaas op, maar ik had toch mijn regenjas aan en kon dus het nummer mooi in mijn zak stoppen. Dat gaf de zekerheid dat in ieder geval íets droog aan zou komen. Nadat ik weer de nodige bekenden had mogen begroeten konden we meteen starten.

 

 

Omdat ik toch wel erg graag mijn vijftigste kruisje wilde halen had ik besloten om te gaan voor een tijd van 7:30 uur. Ik kon dus een beetje in het middenveld blijven. Het voordeel hiervan is dat je nog af en toe een gesprekje kunt aangaan, althans indien en voor zover mijn Frans verstaanbaar is. Het nadeel is dat door de vele voetjes voor je het spekgladde parkoers nog veel gladder is. Maar dit is ook een van de charmes van deze loop. Zij het dat het nu wel heel extreem glad was. Dit betekende dan ook heel geconcentreerd lopen.

 

Helaas heeft mij dat niet helemaal geholpen en ben ik rond kilometer 11 de eerste keer flink gevallen. Ik kwam vol op mijn linkerknie terecht. Mijn eerste gedachten waren, zeker toen ik het bloed door mijn broek zag komen, “einde oefening”.  Toch maar even geprobeerd en het voelde wel wat stijf maar ging eigenlijk best redelijk. Sterker nog na een paar kilometer had ik er helemaal geen last meer van. Dus kon ik thuis lekker stoer doen over mijn verwonding zonder dat ik er last van had.

 

Toch heeft mij dit weer aan het denken gezet; dit is werkelijk een magnifieke loop, hij is loeizwaar door de hoogtemeters (circa 2000 omhoog en weer omlaag), de afstand 66 km doet ook een duit in het zakje en het landschap is geweldig. Maar hij is op het randje van wat nog verantwoord is. Twee punten verdienen afzonderlijke vermelding; de afdaling rond kilometer 40. Je gaat daar ruim 150 meter bijna loodrecht omlaag richting de vangrail van de autobaan. Ik had nog nachtmerries van vorig jaar maar nu ik er weer stond bleek de werkelijkheid zeker niet minder gruwelijk. Daarnaast zit er rond kilometer 49 een stijging waarbij je echt op handen en voeten omhoog moet zien te komen en per meter weer een halve meter omlaag glijd. Daarnaast is het is werkelijk overal spekglad er is nergens houvast. En het is bijna een wonder te noemen dat iemand met mijn gewicht en lompheid hier zonder ongelukken van afkomt.

 

Om hier nog even op terug te komen: ergens rond km 50 ging het weer mis en kwam ik ten val. Op zich niet zo spectaculair zij het dat ik hierbij een glas uit mijn bril verloor. Ik heb geen denderend goede ogen dus kan ik niet zien zonder bril. Gelukkig had ik nog een glas over. Ik heb ooit eens ergens gelezen dat je met name twee ogen nodig hebt om diepte te kunnen zien. Ik weet nu uit ervaring dat dit inderdaad zo is. Ik zag absoluut geen diepte meer. Ik zag amper of het bergop of bergaf ging, om nog maar te zwijgen over steken, wortels, gaten etc. Tot dat punt had ik met name wat tijd verloren met het voorzichtig bergaf gaan. Nu ik toch niet meer zag of het berg af of op ging had ik hier dus geen last neer van. Gelukkig kregen we op dat moment nog een fikse hagelbui over ons heen en werd mijn resterende brilleglas prachtig schoongespoeld.

 

Maar goed, aan alle leuke zaken komt een einde en uiteindelijk was ik na 7:29 uur terug bij het chalet en kon genieten van mijn warme maaltijd en een mooie sweater in ontvangst nemen. Deze zal ik met trots dragen. Ik denk dat ik met recht kan zeggen dat ik die met bloed, zweet en tranen verdiend heb.

 

Het was een echt avontuur. Het is bijna niet uit te leggen aan mensen die zo iets nog niet gelopen hebben. Voor hoogtemeters etc verwijs ik naar mijn verslag van vorig jaar. Mijn beperkte woordenschat schiet hier in ieder geval te kort. Daarom heb ik onderstaand een behoorlijk aantal foto’s opgenomen. Dit met veel dank aan Willem Mütze.